Van links naar rechts. Achterste rij. Kroonprins Haakon van Noorwegen, prins Daniel van Zweden, prinses Victoria van Zweden, president Sauli Niinistö van Finland, koningin Margrethe II van Denemarken, koning Carl Gustav XVI van Zweden, koning Harald V van Noorwegen, president Guðni Thorlacius Jóhannesson van IJsland. Kroonprins Frederik van Denemarken. Kroonprinses Mary van Denemarken. Voorste rij. First Lady Jenni Haukio van Finland, Koningin Silvia van Zweden, Koningin Sonja van Noorwegen en First Lady Eliza Reid van IJsland. Foto: Ingemar Lindevall. Koninklijk hof Zweden.
In september 2023 vierde de Zweedse koning Carl Gustav XVI zijn 50 jarig regeringsjubileum. Voor de festiviteiten nodigde hij zijn collega-staatshoofden uit de omringende Scandinavische landen uit, evenals de troonopvolgers uit Noorwegen en Denemarken. Door hun geografie, geschiedenis en cultuur zijn de Scandinavische landen nauw met elkaar verbonden. Bovendien zijn de belangrijkste en welvarendste landen ook monarchieën. Het is te veel om de hele geschiedenis van Scandinavië in een kort artikel te beschrijven. Daarom een overzicht in vogelvlucht.
Zweden is een oude grootmacht in Scandinavië. Het is al meer dan 1000 jaar een koninkrijk en koningen van de Huizen Vasa en Hollstein regeerden eeuwen over het land. In de 17e en 18e eeuw vielen ook het huidige Finland en Estland onder het Zweedse Rijk. De huidige koning stamt af van het Huis Bernadotte. De Bernadottes waren Franse legeraanvoerders van Napoleon en werden dus pas relatief kort geleden (1818) een koninklijke familie. Finland en Estland moest Zweden na een verloren oorlog afstaan aan het Russische Rijk. Als compensatie werd een persoonlijke unie met Noorwegen aanvaard door de Europese grootmachten. Deze unie zou tot aan het begin van de 20e eeuw duren.
Denemarken is de andere regionale macht van Scandinavië. De monarchie begon rond het jaar 800 en is daarmee de oudste ter wereld. Een deel van het Deense Rijk omvat vandaag de dag nog steeds Groenland en de Faeröer eilanden. In de 19e eeuw werd de provincie Sleeswijk-Holstein veroverd door Pruisen (Duitsland). Tijdens haar troonrede bedankte koningin Margrethe alle Denen die in Sleeswijk-Holstein woonden. Hieruit blijkt dat Denemarken de veroverde regio nog steeds koestert. Aan de personele unie tussen Denemarken en Noorwegen kwam een einde toen de Zweedse koning in 1818 ook koning van Noorwegen werd zoals hierboven net al te lezen viel. Toen Noorwegen in 1905 echt onafhankelijk werd en een koning gekozen moest worden, werd prins Carl van Denemarken gekozen. Omdat zijn vader een Deense prins was en zijn moeder de Zweedse prinses Louise, was hij een dynastieke compromiskandidaat. IJsland maakte ook deel uit van het Deense Rijk, maar werd onafhankelijk tijdens de Tweede Wereldoorlog in 1944.
Noorwegen is sinds 1905 een onafhankelijk koninkrijk met een eigen koninklijke familie. De Deense prins Carl werd tot koning gekozen en hij veranderde zijn naam in het meer Noors klinkende Haakon. Hij zou trouwen met prinses Maud van Wales, dochter van de Britse koning Edward VII. Hiermee garandeerde het Verenigd Koninkrijk de onafhankelijkheid van het jonge Noorse koninkrijk. Vóór 1905 was het land verbonden in een persoonlijke unie met Denemarken.
Finland werd van 1580 tot 1809 geregeerd door de Zweedse koning die ook hertog van Finland was. Tijdens de Finse oorlog in 1809 slaagde de Russische tsaar Alexander I er echter in om het land op Zweden te veroveren. Finland werd daarna een semi-onafhankelijk groothertogdom. De Russische tsaar is groothertog van Finland en werd vertegenwoordigd door een gouverneur. In 1917 brak de Russische Revolutie uit en op 6 december 1917 werd de onafhankelijkheid uitgeroepen en brak er een burgeroorlog uit. Heel even verscheen er een koninkrijk Finland in 1918. Er was al een kroon ontworpen en prins Frederik van Hessen (zwager van de Duitse keizer Wilhelm II) werd tot koning gekozen. Maar na de val van het Duitse Rijk aan het einde van de Eerste Wereldoorlog veranderen de kaarten. Prins Frederik wordt gevraagd de troon af te staan en Finland wordt even later een republiek.
IJsland. Vanaf de Unie van Kalmar in 1400 maakte IJsland deel uit van het Deense Rijk. In 1874 kreeg het eiland een vorm van eigen bestuur en op 1 december 1918 werd het door Denemarken erkend als soevereine staat. Dit moment is, zoals we al hebben gelezen, niet ongewoon. In 1918 eindigde de Eerste Wereldoorlog en kwamen monarchieën onder druk te staan. IJsland was nu een onafhankelijk koninkrijk met de Deense koning Christian X als koning van IJsland. In feite is dit dus nog steeds een persoonlijke unie, maar met meer eigen bevoegdheden dan vroeger. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Denemarken bezet door Duitsland en het Verenigd Koninkrijk stationeerde 25.000 soldaten op IJsland om het gebied in handen van de geallieerden te houden. In 1944 werd in een referendum besloten dat het land een republiek zou worden. Voor de verdediging werd een militaire overeenkomst gesloten met de Amerikanen.
Koninklijke familiebanden. De koningshuizen van Zweden, Denemarken en Noorwegen zijn nauw met elkaar verbonden. De moeder van de Deense koningin Margrethe II was prinses Ingrid van Zweden. De Deense koningin en de Zweedse koning zijn dus neef en nicht. De Noorse koninklijke familie is zelf een zijtak van de Deense koninklijke familie. Bovendien was prinses Martha van Noorwegen, de moeder van de huidige koning Harald V, een Zweedse Bernadotte prinses van geboorte.





